Bellenbob in Vietnam

Sint Jan bewoner Pierre Wilhelm:

‘Toen mijn zus in Uden kwam wonen, liepen hier voornamelijk nog zandpaden’

Sint Jan bewoner Pierre Wilhelm

Foto + fotoserie onderaan: René Jetten

Tekst: Rob Vrolijk

‘Ik werd in 1928 in Rotterdam geboren, maar verhuisde op hele jonge leeftijd naar Bilthoven waar ik samen met een oudere en twee jongere zussen opgroeide. Moeder deed het huishouden, vader bezocht als vertegenwoordiger boekbinders in het hele land. Dat deed hij destijds met de trein en moest dus vroeg van huis en was ’s avonds laat thuis. Moest hij naar Groningen of Zuid-Limburg, dan overnachtte hij in een hotel.’
We woonden in een mooi huis aan de rand van een bos en ik speelde als kind veel buiten. “Diefje met verlos”. Dan begonnen we ’s middags en liepen vaak ’s avonds na het eten, in het donker, nog rond. Ik deed aan volleybal, schaatste en zwom en had een gelukkige jeugd tot in het oorlogsjaar 1944 de hongerwinter aanbrak.’
In gesprek met de 94-jarige Pierre Wilhelm, die vanwege geheugenproblemen wordt ondersteund door z’n dochter Yolanda.

‘Ik was twaalf toen de oorlog begon en zeventien toen deze eindigde. Ik was echter lang voor mijn leeftijd en moest mezelf tijdens huiszoekingen verbergen. Maar verder was die tijd voor mij – tot aan de hongerwinter – eigenlijk één groot avontuur. Wij woonden vlak bij een Duits vliegveld en vonden het reuze spannend om in het geheim te kijken wat de Duitsers daar deden. ’s Avonds acht uur was het spertijd – dan mocht je je eigenlijk niet meer op straat begeven -, maar voor mijn vriendjes en mij was dat het teken om – buiten medeweten van onze ouders – langs de regenpijp naar beneden te klimmen en op pad te gaan.’ Yolanda vult aan: ‘Mamma werd altijd een beetje boos als jij die spannende verhalen vertelde. Zij had zoiets van “verheerlijk die periode nou niet, want het wás niet leuk.” Zij had er ook meer last van gehad dan jij. Ze werd er tijdens de hongerwinter op uitgestuurd om voedsel te halen.’ Pierre: ‘Klopt. Tot in Groningen met de fiets. En van daaruit lopend naast de fiets terug naar Bilthoven met een zakje aardappelen. Alleen meisjes konden dat doen, want jongens werden opgepakt. Maar goed, we hebben enorm veel honger geleden in de hongerwinter. Wij woonden in een villadorp op zandgrond, zonder boerenbedrijven in de buurt dus er was geen eten. Op het einde van de oorlog had mijn vader hongeroedeem omdat hij het eten uit zijn mond had gespaard voor ons kinderen.’

Tekst loopt door onder de afbeeldingen

Sint Jan bewoner Pierre Wilhelm

Pierre en Meta Wilhelm in hun jonge jaren

Sint Jan bewoner Pierre Wilhelm
Chocolade, koffie en soep

‘Na de lagere school ben ik naar de Mulo gegaan, maar ik was absoluut geen ijverige leerling. Ik was ook zeker geen ambachtsman; ik was niet goed met m’n handen. Moest het van m’n mond hebben en wilde in de voetsporen van mijn vader treden. Pas toen ik ging werken, besefte ik “dat er toch echt iets moest gebeuren” en ben ik allerlei avondcursussen gaan volgen. Textiel, middenstand, een hele rits diploma’s. Ik ben gestart bij een textielfabriek en ben later overstapt naar Niemeyer; een tabaksfabrikant. Het probleem was dat ik zelf niet rookte, maar tijdens verkoopgesprekken kon ik een aangeboden sigaret natuurlijk niet weigeren. Na een jaar of anderhalf ben ik overgestapt naar Nestlé om chocolade, koffie en soepen te verkopen. In het begin aan winkeliers, later was ik actief in de horecabranche. Dat lag me veel beter dan tabak.’
‘Voor het werk zijn we eerst van Bilthoven naar Breda verhuisd aangezien ik het rayon Zuidwest-Nederland kreeg. Vervolgens werd ik na negentien jaar gevraagd om het rayon Zuidoost-Brabant te gaan doen. We zijn in Uden komen wonen omdat mijn zus en haar man – die militair op de Vliegbasis Volkel was – hier woonden.’

Het jonge gezin Wilhelm

Het jonge gezin Wilhelm

Getrouwd

‘Mijn vrouw en ik kenden elkaar van de middelbare school, maar we hebben naderhand pas nader kennisgemaakt tijdens een zeiltocht met vrienden. Daarna hebben we samen meegedaan aan een motorpuzzelrit en zo is het gegroeid. We trouwden toen ik 28 was en Meta was 27.’ Yolanda vult aan: ‘Het vervelende was dat mijn moeder destijds bij een bank werkte en dat ze werd ontslagen toen ze trouwden. Zo ging dat in die tijd.’ Pierre gaat verder: ‘Na ons trouwen, kwamen er drie kinderen. Yolanda in 1955, Pierre in 1958 en Monica – of Moon – in 1966.’

Naar Uden

‘We zijn in 1972 naar Uden verhuisd en dat beviel direct. Toen mijn zus hier kwam wonen, liepen er voornamelijk nog zandpaden. Ik weet nog dat ik dacht “tjeetje, waar zijn jullie in terechtgekomen?”. Maar door de vliegbasis en omdat Uden was aangewezen als kerngemeente is het in die jaren enorm gegroeid. Bovendien hadden wij het voordeel dat mijn zus en mijn zwager hier al woonden en dat wij altijd al veel met hen optrokken. Wij kwamen altijd al op feesten bij hen thuis en op de vliegbasis, dus we kenden al veel mensen toen we hier kwamen. We zijn ook direct lid geworden van de badmintonclub. Dat heeft overigens niet zo heel lang geduurd omdat ik last kreeg van mijn arm. Toen is Meta gaan tennissen en ik ben gaan paardrijden. Zondagsmorgens samen met een vriend volop in galop langs de bosrand. Met de tranen in onze ogen, zo hard ging het.’

 

De rol van moeder Meta

Yolanda verheldert de rol van Meta in het gezin: ‘Mijn moeder heeft in de beginjaren – met name in Breda – voor de kinderen gezorgd. In een latere fase – in Uden – heeft ze één dag in de week administratieve werkzaamheden gedaan bij een begrafenisondernemer in Nijmegen. Dan paste jij je werkschema altijd zó aan dat je haar kon wegbrengen en ophalen. Verder is ze hier in Uden samen met een groep vrouwen vrijwilligster geweest bij een horecagelegenheid, “de Herberg” genaamd. Dat was een initiatief van een groep vrouwen die ook voor emancipatie en maatschappelijk bewustzijn stonden. Verder kookte mamma op schoolkampen van “het Rivendell college” en ook thuis zette ze de wereldkeuken op tafel. Wij zijn opgegroeid met allerlei exotische gerechten toen dat helemaal nog niet zo gebruikelijk was.’ Pierre hierover: ‘Ik weet nog dat we een collega van mij te eten hadden en dat ik een glas wijn aanbood. Hij vroeg “Is er iemand jarig?” Ik antwoordde “nee, we drinken ‘s avonds altijd een glaasje wijn bij het eten.’

Een gelukkige jeugd

Yolanda over de kindertijd in huize Wilhelm: ‘Toen wij kinderen waren, kon alles op het gebied van creativiteit. Knutselen, buiten spelen, het was altijd goed. Er was ook altijd voldoende teken- en knutselmateriaal voorradig. Ik heb in Breda twee jaar op een kleuterschool in de buurt van ons huis gezeten, maar na die twee jaar besloten moeder en een vriendin van haar dat de school niet goed genoeg was en gingen wij naar een openbare school. Moeder was van huis uit protestant, maar dat geloof is direct in de prullenbak gegaan. We hebben al met al een hele vrije en moderne opvoeding gehad en dat ervaren wij alle drie als bijzonder plezierig.’

Sint Jan bewoner Pierre Wilhelm

Familiebijeenkomsten

Tekst loopt door onder de afbeeldingen

Sint Jan bewoner Pierre Wilhelm
In de VUT


‘Joh pap’, zegt Yolanda, zichzelf min of meer in de reden vallend. ‘Je bent helemaal vergeten te vertellen dat je met je achtenvijftigste met vervroegd pensioen bent gegaan en dat je een hele tijd in de gelegenheid bent geweest om met mamma op vakantie te gaan. De vouwwagen werd ingewisseld voor een caravan en jullie gingen ieder voorjaar twee tot drie maanden op vakantie in Frankrijk, Spanje en Portugal.’ Pierre vult aan: ‘Ik kon destijds in de VUT. Dat kostte me wel 30% van m’n inkomen, maar dat had ik ervoor over.’ Yolanda vervolgt: ‘Ze gingen ook meer eisen stellen bij het bedrijf. Maar pappa had zoiets van: “ik ga geen agressievere verkooptechnieken aanleren.” Bovendien had mamma borstkanker gehad waardoor het idee groeide dat het leven eindig is. Dus gingen jullie veel op vakantie, maar daarnaast bleven jullie er ook altijd dingen bij doen. Jij hebt bijvoorbeeld koerierswerk gedaan waarbij je medicijnen rondbracht in het hele land.’

Een gelukkig leven samen

Tekst loopt door onder de afbeeldingen

Met twee kleinkinderen

Naar Sint Jan


‘Jij bent vierenhalf jaar geleden hier in Sint Jan terechtgekomen nadat je je been had gebroken’, weet Yolanda. ‘Mamma volgde een half jaar later. Zij heeft een kamer, twee deuren verder gekregen. Jullie hebben wel op de lijst gestaan voor een tweepersoonskamer, maar die was niet veel groter dan deze, dus mamma vond het wel prima zo. Dan deed ze zelf haar ontbijt en haar lunch en ’s avonds gingen jullie samen naar beneden om te dineren.’
‘Mamma had – al voordat jullie hiernaartoe kwamen – een dementieverklaring, jij niet. Jij zei altijd “ik weet dat ik het heb, daar heb ik geen onderzoek voor nodig.”’
‘Mamma had duidelijk meer last van de dementie dan jij. Ze kon er echt gefrustreerd raken dat ze bepaalde dingen niet meer herinnerde of kon. Zelfs eten koken lukte op een gegeven moment niet meer. Dat was heel vervelend voor haar. Jij was er veel laconieker onder.’ Pierre: ‘Misschien ook omdat ik altijd al vergeetachtig ben geweest. Ik was vertegenwoordiger, maar ik moest alles opschrijven om het niet te vergeten.’ Yolanda: ‘Dat ook, maar je hebt ook altijd minder behoefte aan controle gehad dan mamma. Uiteindelijk is mamma overleden aan darmproblemen. Dat was tijdens de eerste coronagolf. Jij had corona toen mamma overleed. Ze heeft erg veel pijn gehad de laatste anderhalf jaar.’ Er valt een korte stilte die Pierre opvult: ‘Ja, dat was geen fijne dood.’

 

Verblijf in Sint Jan bevalt prima

Buiten het verdriet over het verlies van zijn vrouw, heeft Pierre het prima naar z’n zin in de Sint Jan in Uden: ‘Het bevalt prima om hier te wonen. Je wordt goed verzorgd, het eten is goed en ik geniet erg van de tuin. Dat is wel heel erg fijn. Ik doe ook zoveel mogelijk mee met de activiteiten. Zo zitten we iedere avond te rummikuppen.’ En ook de kinderen bevalt het goed. Yolanda: ‘Wij wonen alle drie buiten Uden, maar dit ligt redelijk centraal voor ons. En in het begin hadden ze hier ook nog veel kennissen en er kwamen en komen ook nog wel mensen langs. Als ze ergens anders naar toe waren gegaan, waren ze dat kwijt geweest. Dit is een prima oplossing gebleken!’

Draagt u de ouderen van Uden een warm hart toe en wilt u een donatie doen aan de Stichting Vrienden van Sint Jan?
Eenmalig of op reguliere basis.
Vul dan het onderstaande formulier in.

 

Bedrag